In 1946 werd op de eerste verdieping van een woonhuis aan de Nassau Dillebrugstraat te Den Haag een poppentheater geopend. In dit kleine theater werden meer dan een halve eeuw lang de prachtigste voorstellingen gespeeld. De magie van het spel, het tot leven komen van de poppen, boeide keer op keer kinderen én volwassenen, generaties lang.
Guido en Felicia
De drijvende kracht achter de oprichting was de in Brussel geboren en in Den Haag opgegroeide Guido van Deth. Zijn droom was om het poppenspel ver te laten uitstijgen boven het volkse amateurisme dat er van oudsher aan kleefde. Daartoe schreef, vertaalde en bewerkte hij literaire stukken in een nauwelijks bij te benen tempo. De koppen en kostuums voor de poppen maakte hij ook zelf of liet hij maken door bevriende kunstenaars.
In 1950 kreeg Guido van Deth assistentie van Felicia Beck, die op de middelbare school een voorstelling van Guido had gezien. Direct na haar eindexamen kwam ze in het theater werken en in 1955 traden ze in het huwelijk. Ze maakten en speelden tal van voorstellingen, thuis in Den Haag, overal in Nederland en in het buitenland. Op hun reizen verzamelden ze speelpoppen uit verschillende culturen en tradities.
Eind
Na Guido’s overlijden in 1969 zette Felicia van Deth het poppentheater alleen voort. Bestaand repertoire werkte ze om voor solovoorstellingen, maar ze maakte en speelde ook veel nieuwe voorstellingen. In 2000 stopte Felicia met spelen – haar handen wilden niet meer – en sloot het theater. De speelpoppen van het Poppentheater Guido van Deth bevinden zich sindsdien in het Museon. In het Museon hangen de poppen, net als in het theater, ieder op hun eigen plek, per groep, per spel bij elkaar. Het zijn nu museumobjecten, maar wel objecten die in de toekomst weer tot leven kunnen komen wanneer een poppenspeler er een voorstelling mee zou spelen of door een goed uitgelichte enscenering in een tentoonstelling.
Een kleine selectie van de poppen van Guido en Felicia van Deth is te zien in de tentoonstelling One Planet.